Variabelen

Variant

Variabelen zijn kleine containers waarin u informatie kan bewaren. U kan de waarde van een variabele gebruiken door de naam op te geven. In tegenstelling tot de meeste programmeertalen kan een variabele eender welk datatype bevatten, zonder dat u het datatype op voorhand meedeelt. Elke variabele is van het type variant. Een variant is een variabele waarvan het datatype kan wijzigen in functie van de bewerking die erop wordt uitgevoerd.

// Voorbeeld variant
var a = 7;      // a is een getal
a = "welkom";   // a is vanaf nu een string

Bij het declareren van de variabele a bevat a een waarde van het datatype getal. Op de tweede lijn verandert het datatype naar een string.

★ Open jsIntro/variabelen.html.

Binnen de script-tag worden elf variabelen aangemaakt. Merk nogmaals op dat elk statement wordt afgesloten door een puntkomma.

// De verschillende variabelen worden hier gedeclareerd
var getal1 = 17;
var getal2 = 3;
var string1 = 'dag'; 
var string2 = 'Jan'; 
var string3 = '17'; 
var string4 = '3'; 
var bool1 = true; 
var bool2 = false;
var ar1 = ['ma','di','wo']; 
var obj1 = new Object;
var var1;
var var2 = null;

Soorten variabelen

De belangrijkste types van variabelen zijn strings, getallen, booleans en objecten.

  • Getallen worden principieel nooit omsloten door aanhalingstekens.

    Bv: 5, 3.14, 34e-2 (= 0.34), ...

  • Strings worden altijd omsloten door enkele of dubbele aanhalingstekens.

    Bv: "tekst", 'tekst', "5.4", ...

  • Booleaanse waarden kennen twee toestanden: true (waar) of false (onwaar).

  • Objecten komen later in dit hoofdstuk uitgebreid aan bod.

    Verder kent JavaScript nog null en undefined.

    undefined indien de variabele gedeclareerd is, maar nog geen waarde heeft.

    null staat voor een lege of onbestaande waarde. Door een variabele op null te zetten, wordt de variabele vernietigd.

Getallen plaatst men per definitie nooit tussen aanhalingstekens. Doet u dit toch, dan heeft dit soms invloed op het resultaat. Afhankelijk van de bewerking worden de variabelen immers automatisch omgezet naar het juiste datatype. Het +teken wordt bijvoorbeeld gebruikt om getallen op te tellen, maar ook om strings met elkaar te verbinden.

Let op: formuliervelden geven ALTIJD een STRING terug. Afhankelijk van de bewerking die volgt, kan het dus zijn dat je de uitgelezen waarde via parseInt()of parseFloat() eerst moet omzetten naar een getal.

Datatype controleren

Met typeof() kan u het datatype controleren. Voor bovenstaande variabelen geeft dit:

typeof(getal1)  =   "number"
typeof(getal2)  =   "number"
typeof(string1) =   "string"
typeof(string2) =   "string"
typeof(string3) =   "string"
typeof(string4) =   "string"
typeof(ar1)     =   "object"    //een array is een object!
typeof(obj1)    =   "object"
typeof(bool1)   =   "boolean"
typeof(bool2)   =   "boolean"
typeof(var1)    =   "undefined"

Merk op dat een array geen eigen datatype heeft. Een array is in JavaScript een object. Hierover later meer.

Last updated