Efficiënt scripten met jQuery 3.x
  • Over deze cursus
  • 1 Inleiding
  • 2 Inleiding tot JavaScript
    • Events en Actions
    • Syntax regels
    • JavaScript debugger
    • Variabelen
    • Operatoren
    • Voorwaardelijke instructies
    • Lussen
    • Functies
    • Functies in jQuery
    • Scope (zichtbaarheid) van variabelen
    • Objecten
    • Ingebouwde JavaScriptobjecten
  • 3 jQuery basis
  • 4 Elementen selecteren
    • Basis selectors
    • Hiërarchische selectors
    • Basisfilters
    • Inhoudsfilters
    • Attribuut selectors
    • Childfilters
    • Formulierfilters
    • Zichtbaarheidsfilters
    • Toepassing 1: gemeentelijst filteren (basisversie)
    • Toepassing 2: openingsuren markeren
  • 5 Selectie verfijnen (traversing)
    • Hiërarchische selectors
    • Filter methodes
    • Element looping: each()
    • Selecties in cascade: end()
    • Snelheidstest
    • Toepassing 1: gemeentelijst filteren (uitgebreide versie)
    • Toepassing 2: rating
  • 6 Events
    • Documentevents
    • Gebruikersevents
    • Event bubbling
    • Event methodes en properties
    • Hover-event: methode met een dubbele functie
    • De methode on()
    • Event handlers verwijderen
    • Toepassing 1: reactietest
  • 7 Animaties en effecten
    • Basiseffecten
    • Aangepaste animaties
    • Animatie pauzeren: delay()
    • Animatie beëindigen: finish()
    • Animatie afbreken: stop()
    • Versnellingsparameter
    • Toepassing 1: vloeiend scrollen
    • Toepassing 2: tabbladen
  • 8 DOM manipulatie
    • HTML-attributen
    • Object dimensies
    • Elementen toevoegen
    • Elementen verwijderen
    • Elementen vervangen
    • Elementen klonen
    • Toepassing 1: lightbox
  • 9 Inleiding tot AJAX
    • Historiek
    • Wat is XML?
    • Wat is JSON?
    • Requests filteren met GET en POST
    • Zes soorten AJAX requests
    • Same origin policy
    • Cross-site scripting
  • 10 AJAX zonder server-side scripting
    • Load()
    • $.getScript()
    • $.getJSON()
    • $.get() en $.post()
    • $.ajax()
    • Externe gegevens ophalen via JSONP
  • 11 AJAX met server-side scripting
    • Master/detailrelatie met load()
    • Master/detailrelatie met $.get()
    • Contactformulier verzenden met $.post()
    • Cross-site scripting (XSS)
Powered by GitBook
On this page
  1. 9 Inleiding tot AJAX

Wat is XML?

XML is het acroniem voor eXtensible Markup Language. Net zoals HTML, beschrijft XML de datastructuur van gegevens, niet de opmaak. Een XML-document is, net zoals HTML, opgebouwd met tags (nodes in het XML jargon) en attributen.

Neem als voorbeeld een adresboek in de vorm van een XML-document.

XML begint steeds met de header of proloog. De proloog bevat informatie over de document encoding en de XML versie. Dit is ondermeer belangrijk voor het programma dat de XML-code gaat verwerken (de XML-parser). Na de proloog volgt de rootnode adresboek. Ons adresboek bevat twee personen. Elke persoon staat beschreven in een eigen adresnode met als attribuut een uniek id. Binnen de adresnode komen de childnodes: voornaam, naam en email.

<?xml version="1.0" encoding="UTF-8"?>
<adresboek>
    <adres id="1">
        <voornaam>Lorem</voornaam>
        <naam>Ipsum</naam>
        <email>lorem.ipsum@example.com</email>
    </adres>
    <adres id="2">
        <voornaam>Morbi</voornaam>
        <naam>Dui</naam>
        <email>morbi.dui@example.com</email>
    </adres>
    <adres id="3"> ... </adres>
</adresboek>

Een goed gestructureerd XML-document is zelfbeschrijvend. Dit wil zeggen dat nodenamen iets vertellen over de inhoud van de node.

Als het document voldoet aan alle syntaxregels van XML, noemt men dit well-formed (of goed gevormd). Een well-formed document kan door de meeste parsers, zoals een webbrowser, correct verwerkt worden.

Een well-formed document kan u makkelijk in Chrome of in Firefox testen. Open het XML-document in de browsers. Als de boomstructuur verschijnt, is het document well-formed en zijn de gegevens te verwerken via jQuery.

Indien het document fouten bevat, is het niet well-formed en krijgt u dit te zien:

In een XML-document dat uitsluitend voor eigen gebruik is ontworpen, kan u de nodenamen vrij kiezen. In een universeel, gestandaardiseerd XML-document zoals RSS, ATOM en XHTML ligt de naamgeving vast.

Om de correctheid van het document te controleren, maakt men gebruik van een DTD of van een XML Schema.

Een DTD of XML schema documenteert als het ware het XML-bestand. Hierin wordt ondermeer beschreven welke nodes in het XML-document moeten/mogen voorkomen en welke inhoud de nodes bevatten (tekst, enkel getallen, …). Aan de hand van dit controlebestand kan de parser de XML-nodes zowel op syntax als op inhoud valideren.

Een well-formed XML-bestand dat ook nog voldoet aan de bijbehorende DTD of Schema, noemt men een valid XML-bestand.

PreviousHistoriekNextWat is JSON?

Last updated 7 years ago

well-formed XML
Eindnode email ontbreekt